Goederen die in het magazijn ontvangen gaan worden, worden geregistreerd als een inslagorder. Dit is het overzicht van de goederenontvangst.
Inslagorders kunnen op verschillende manieren in Babeldat worden ingevoerd:
- Logistiek dienstverlener maakt zelf een inslagorder aan in Babeldat aan de hand van een vooraanmelding van de opdrachtgever;
- De opdrachtgever voert zelf de inslagorder in in Babeldat, door gebruik te maken van het portaal;
- Orders worden automatisch binnengehaald door middel van een (API) koppeling met het systeem van de opdrachtgever.
Beheer omtrent inslagorders is mogelijk onder menu Inbound.
Orders > Inbound
INSLAGORDERTYPES
Er zijn verschillende types inslagorders. Deze kunnen op hun eigen specifieke manier worden verwerkt.
De beschikbare inslagorder types zijn als volgt:
- Inbound order: Dit is een reguliere inslagorder waarbij vooraf bekend is welke artikelen ontvangen (zouden moeten) worden. De inslagorder fungeert hierbij als een controlelijst van de vooraanmelding. Enkel de artikelen (SKU’s) die op de inslagorder zijn vermeldt, kunnen op de betreffende inslagorder worden geregistreerd.
- Inbound order without restrictions: Een inslagorder waarbij vooraf niet of slechts deels bekend is welke artikelen er ontvangen zullen worden. Bij dit type inslagorder is het mogelijk om gedurende het verwerken van inslag artikelen toe te voegen, die in eerste instantie niet op de vooraanmelding zijn aangeduid.
- Return order: Een retourorder waarbij vooraf bekend is welke artikelen er terug in het magazijn worden geleverd.
- Return order without restrictions: Een retourorder waarbij vooraf niet of slechts deels bekend is welke artikelen er terug in het magazijn worden geleverd. Bij dit type retourorder is het mogelijk om gedurende het verwerken van de inslag artikelen toe te voegen.
Bij het aanmaken van de inslagorder moet het type inslagorder worden vermeldt.
Een inslagorder wordt aangemaakt op het moment dat het bekend is dat goederen in het magazijn aangeleverd gaan worden.
STAP 1:
Om een nieuwe inslagorder aan te maken, klik op “Create”.
STAP 2:
Voer de kenmerken van de inslagorder in:
Inslagtype |
Het soort inslagorder. |
Debiteur |
De debiteur waarvoor de inkooporder aangemaakt wordt. |
Verwacht vanaf |
OPTIONEEL: De datum vanaf wanneer de (eerste) levering van de inkooporder in het magazijn verwacht wordt. |
Locatie |
De magazijnlocatie waar de goederen ontvangen gaan worden. Dit kan een expeditie locatie zijn, maar ook een dock. |
Project |
OPTIONEEL: Het project waarvoor de goederen van de inslagorder bestemd zijn. |
Referentie |
OPTIONEEL: De referentie van de inslagorder. |
Vervoerder |
OPTIONEEL: De vervoerder die de goederen komt aanleveren. |
Leverancier |
OPTIONEEL: De leverancier van de inslagorder. |
Beschrijving |
OPTIONEEL: Een extra omschrijving van de inslagorder. |
STAP 3:
De verwachte SKU’s met aantallen en aanvullende kenmerken zoals bijvoorbeeld batchnummers, serienummers en vervaldata kunnen worden toegevoegd aan de “Expected inbound lines”.
Klik naast “Order Lines” op de “+” of klik op de knop “Toevoegen”.
STAP 4:
Vul de artikelgegevens in:
Regelnummer |
Het regelnummer van de order, deze wordt ook automatisch gegenereerd. |
Product |
Het verwachtte artikel. |
Hoeveelheid |
Het aantal verwachtte artikelen. |
Meeteenheid |
De meeteenheid van de te ontvangen artikelen. |
Ladingdrager |
OPTIONEEL: De ladingdrager waarop de artikelen ingeslagen gaan worden. |
Type ladingdrager |
OPTIONEEL: Het ladingdragertype waarop de artikelen ingeslagen gaan worden. |
Partijcode |
OPTIONEEL: De batchcode van de artikelen die verwacht worden. |
Serienummer |
OPTIONEEL: Het serienummer van de artikelen die verwacht worden. |
Vervaldatum |
OPTIONEEL: De vervaldatum van de artikelen die verwacht worden. |
Voorraadtype |
De status van de voorraad bij inslag. |
Project |
OPTIONEEL: Het project van de order en waarvoor de artikelen die verwacht worden geregistreerd mogen worden. |
STAP 4:
Sla de aanpassingen op door op “Opslaan” te klikken.