Goederen moeten binnen een magazijn getraceerd kunnen worden. Om deze reden zijn ladingdragers altijd gekoppeld aan een magazijnlocatie.
Met Babeldat is het mogelijk om met meerdere vestigingen en/of magazijnen in hetzelfde WMS te werken. Hierbij ziet iedere gebruiker enkel de informatie die voor hem van belang is. Wanneer er een uitslagorder wordt aangemaakt waarvan de artikelen in verschillende magazijnen op voorraad liggen, worden er automatisch twee picklijsten aangemaakt; voor ieder magazijn een aparte picklijst zodat deze afzonderlijk van elkaar kunnen worden georderpickt.
De samenstelling van locaties in Babeldat is als volgt:
- Vestiging: de vestiging kan worden gezien als de vestigingsplaats of het vestigingsnummer. Dit is de overkoepelende vestiging locatie.
Voorbeeld: “EINDHOVEN”
- Magazijn: een magazijn behoort bij een vestiging. Het is mogelijk om meerdere magazijnen te koppelen aan één vestiging.
Voorbeeld: “KERKSTRAAT” en “SCHOOLSTRAAT”
- Magazijn locatie: magazijnlocaties zijn de stellinglocaties en/of bulklocaties waar goederen (op ladingdragers) op geregistreerd kunnen worden. Magazijnlocaties zijn niet gebonden aan een vaste opbouw van cijfers, letters en scheidingstekens. De locatie nummering kan naar eigen wens worden opgesteld.
Voorbeeld: “A-01-B-1”, “01-B-01-01”, “1.A.A1”
Magazijnlocaties dienen gekoppeld te worden aan magazijnen, die op hun beurt weer gekoppeld zijn aan een vestiging.
De gegevens met betrekking tot magazijninrichting en locaties kunnen worden aangemaakt onder Magazijnbeheer.
VESTIGINGEN
Management > Magazijnbeheer > Vestigingen
STAP 1:
Om een nieuwe vestiging toe te voegen, klik op “Aanmaken”.
STAP 2:
Voer de kenmerken van de vestiging in:
Code |
De code die aan de vestiging toegekend mag worden. Deze mag bestaan uit letters, cijfers of een combinatie van beide. |
Beschrijving |
OPTIONEEL: Een omschrijving voor de vestiging. |
Tijdzone |
De tijdzone waarin de vestiging zich bevindt. |
Adres |
De straatnaam van de vestiging. |
Adres 2 |
OPTIONEEL: Eerste extra adresregel van de vestiging. |
Adres 3 |
OPTIONEEL: Tweede extra adresregel van de vestiging/ |
Postcode |
De postcode van de vestiging. |
Plaats |
De plaatsnaam van de vestiging. |
Land |
Het land waarin de vestiging zich bevindt. |
Breedtegraad |
De breedte coördinaten van de vestiging. |
Lengtegraad |
De lengte coördinaten van de vestiging. |
STAP 3:
Sla de aanpassingen op door op “Opslaan” te klikken.
MAGAZIJNEN
Management > Magazijnbeheer > Magazijnen
STAP 1:
Om een nieuw magazijn toe te voegen, klik op “Aanmaken”.
STAP 2:
Voer de kenmerken van het magazijn in:
Vestiging |
De vestiging waar het magazijn onderdeel van uitmaakt. |
Code |
De code die aan het magazijn toegekend mag worden. Deze mag bestaan uit letters, cijfers of een combinatie van beide. |
Beschrijving |
OPTIONEEL: Een omschrijving voor het magazijn. |
STAP 3:
Sla de aanpassingen op door op “Opslaan” te klikken.